Skip to main content

Bijlage C Globale procedure voor het aanwijzen van personen (aanwijsbeleid)


Zie voor aanwijzingen ten behoeve van e-voertuigen ook de afwijkende en aanvullende bepalingen in hoofdstuk 14.4.

Procedure voor het aanwijzen van personen

Personen moeten worden aangewezen door of namens de hoogste verantwoordelijke in de organisatie voor de naleving van de Arbeidsomstandighedenwet.

De directie wijst de installatieverantwoordelijke  en ev-werkverantwoordelijke (voor e-voertuigen) aan onder voorwaarde dat de beoogde verantwoordelijke:

    • Minimaal elektrotechnisch gekwalificeerd is volgens EQF 4 door opleiding of ervaring
    • Bekend is met de installatie 
    • Bekend is met de bedrijfsspelregels
    • Volledige vertrouwen geniet van de directie
    • Voldoende budget ter beschikking wordt gesteld
    • Beslissing bevoegd is ten aanzien van de integriteit van de installatie
    • Zijn verantwoordelijkheid niet door een ander, niet ter zake deskundig persoon kan worden tenietgedaan
    • Invloed heeft op de werkzaamheden die aan de installatie verricht zullen worden

Leg de toetsing van bovenstaande punten altijd schriftelijk vast en bewaar deze in het personeelsdossier.

De directie wijst naast de installatieverantwoordelijke ook de werkverantwoordelijken aan.

De installatieverantwoordelijke of ev-werkverantwoordelijke verzorgt namens de directie de overige aanwijzingen, voor de installaties in het vakgebied waarvoor hij zelf is aangewezen. 

Voordat een persoon kan worden aangewezen  als bedieningsdeskundige, werkverantwoordelijke, ploegleider, vakbekwaam persoon of voldoend onderricht persoon is het noodzakelijk dat een aantal criteria wordt getoetst. De aanwijzer vult voorafgaand aan het verstrekken van de aanwijzing  het ‘Beoordelingsformulier ten behoeve van elektrotechnische aanwijzing’ in.

Het beoordelingsformulier is op te vragen bij de installatieverantwoordelijke.

Het beoordelingsformulier is op te vragen bij de strategisch installatieverantwoordelijke.

Waar nodig wint de aanwijzer informatie in bij of over de aan te wijzen persoon en over de voorgelegde diploma's en certificaten bij een interne of externe deskundige. De installatieverantwoordelijke  of ev-werkverantwoordelijke kan het invullen van het formulier delegeren aan een werkverantwoordelijke of leidinggevende van de aan te wijzen persoon.

Bewaar het ingevulde beoordelingsformulier in het personeelsdossier.

Nadat alle criteria zijn getoetst, kan de persoon worden aangewezen. De aanwijzing moet schriftelijk geschieden. Bij de aanwijzing krijgt de aangewezene toegang tot het Elektrotechnisch Veiligheidshandboek.

Het is niet voldoende om met een formulier de aanwijzing te regelen. De persoon die aanwijst, moet ervan overtuigd zijn dat de persoon die wordt aangewezen aan de voorwaarden voldoet. Ook de persoon die wordt aangewezen, moet ervan overtuigd zijn dat hij aan de voorwaarden voldoet en dat hij de noodzakelijke bevoegdheden en middelen ter beschikking heeft gekregen. Met een wederzijdse ondertekening van het aanwijzingsformulier wordt deze overtuiging bevestigd.

Beoordelingsformulier ten behoeve van elektrotechnische aanwijzing conform het EVH.

Op de beoordeling staat minimaal:

    • Naam van de aan te wijzen persoon
    • Geboortedatum
    • Beoogd aanwijsniveau
    • Voor welke (deel) installaties er is beoordeeld
    • Naam en functie beoordelaar
    • Of het resultaat van de beoordeling positief of negatief is

Verder de toetsing of de aan te wijzen persoon conform de norm:

    • voldoende kennis heeft van elektriciteit;
    • voldoende ervaring heeft met elektrotechnische werkzaamheden;
    • als werkverantwoordelijke of vakbekwaam persoon voldoende kennis heeft in de installatie waaraan moet worden gewerkt en ervaring heeft met die werkzaamheden;
    • als bedieningsdeskundige voldoende kennis en inzicht heeft in de te bedienen netten;
    • voldoende inzicht heeft in de gevaren die kunnen optreden tijdens de werkzaamheden;
    • voldoende inzicht heeft in de voorzorgsmaatregelen die getroffen moeten worden ter voorkoming van deze gevaren;
    • voldoende vaardig is om te allen tijde te onderkennen of het veilig is om de werkzaamheden voort te zetten;
    • leidinggevende capaciteiten bezit (voor aanwijzing als werkverantwoordelijke of ploegleider);
    • over voldoende en de juiste gereedschappen, hulpmiddelen en beschermingsmiddelen beschikt;

    • of de verantwoordelijkheid van de aan te wijzen persoon door een ander, niet ter zake deskundig persoon kan worden tenietgedaan;

    • of het periodiek instrueren voor de aan te wijzen persoon is ingericht.

Een aanwijzing op het voorgestelde niveau is alleen mogelijk als de toetsing een positief resultaat heeft.

Aanwijzingsformulier

Alle aanwijzingen worden door middel van aanwijzingsformulier gedaan.

Het aanwijsformulier is op te vragen bij de installatieverantwoordelijke.

Het aanwijsformulier is op te vragen bij de strategisch installatieverantwoordelijke.

Gebruik dit formulier ook voor tijdelijke functionarissen. Derden mogen ook een ander formulier hanteren. Het aanwijsformulier moet minimaal de volgende inhoud hebben:

    • Naam van de aangewezene, eventueel personeelsnummer
    • Geboortedatum
    • Ingangsdatum aanwijzing
    • Einddatum aanwijzing
    • Aanwijsniveau
    • Aanduiding voor welk soort installaties / hulpmiddelen / voertuigen / vaartuigen de aanwijzing geldt
    • Aanduiding voor welke locaties de aanwijzing geldt
    • Verklaring ontvangst van sleutels
    • Plaats en datum van ondertekening
    • Naam en functie aanwijzer
    • Handtekening aanwijzer
    • Handtekening aangewezene

Bij aanwijzing van een VOP moet ook worden vermeld op de aanwijzing:

    • Aanduiding welke werkzaamheden mogen worden uitgevoerd

Aanwijzingen op project basis mogen door de werkverantwoordelijke in het werkplan worden aangegeven, zolang de aanwijzing tijdelijk is en alleen voor het betreffende project geldig is en het personeel voldoet aan de gestelde eisen in dit EVH. Ieder aanwijsformulier kan alleen voor of hoog- of laagspanning of e-voertuigen gebruikt worden. Voor iedere functie moet een apart aanwijsformulier gebruik te worden.